Eenzaam op de stoep aan de rand van de vuilcontainer ligt ie…onthoofd… of beter ontlijft, want het lijf is verdwenen en de kop ligt er nog. De kop van een teddybeer. EEN TEDDYBEER!!! Je gooit toch geen beer bij het afval? Een beer die een kind trouw heeft gediend, die geknuffeld is en die geknuffeld heeft…jazeker dat doen teddyberen. De warmte en liefde wordt zomaar op straat gegooid. Mijn hart brandt.
Mijn eigen beren hebben nog steeds een ereplaats in huis. De belangrijkste is Bamze. Mijn beer Bamze vertelde in mijn jeugd elke avond een verhaal voor het slapen gaan. Met Bamze deelde ik lief en leed en hij deed dat ook met mij. Mijn vader verzon de Bamze-verhalen (en vele andere verhalen) op de fiets van zijn werk naar ons huis. Elke dag 11 kilometer heen en 11 kilometer terug; van Vlaardingen naar Rotterdam. Dag in dag uit, weer of geen weer. Tijd genoeg om verhalen te bedenken. Voor Bamze in elk geval. Bamze beleefde de avonturen die ik niet beleefde en waar ik te onzeker en angstig voor was om ze in het echt te beleven. Maar met mijn beer aan mijn zij beleefde ik in onze fantasie de wildste avonturen. Hoe mooi is dat! Een teddybeer om het leven mee aan te kunnen.
De onthoofde beer doet mij verdriet. Welk kind zette deze beer aan de straat? Wat heeft de beer misdaan? Laat mij dat kind een verhaal vertellen of het kind in jou. Een verhaal over een beer die samen met jou de wereld aankan en draken kan verslaan.
Winnie zegt
Werd echt geraakt.