Ga daar maar staan. Nog een stapje naar voren en nu nog een stapje opzij. Voor mijn voeten wordt een sponsje neergelegd op de exacte plaats waar ik moet staan. Minutieus wordt de setting voor de filmopnames bedacht en aangepast. De lampen worden opgesteld en de belichting ingeregeld. Een beetje zus en een beetje zo. Ja zo is het goed.
Dan is het zover. Het teken wordt gegeven dat ik kan gaan praten…Eerst over mijn ontbijt, om geluid en andere zaken te testen, maar dan mijn ingestudeerde stukjes… Gek genoeg stond ik, als verhalenverteller, toch even met een mond vol tanden, want hoe begin je, welke toon pak je? Het is per slot maar 30 seconden en daar moet alles in samenkomen. Het kan over en nog een keer en nog een keer en met iedere keer dat ik het overdoe komt er meer ontspanning in mij en dus ook in hoe ik het zeg. Volgens de filmer zijn we natuurtalenten en gaat het super snel allemaal.
De ruwe versie belandt in mijn mailbox. O, o, o wat is het toch moeilijk om objectief naar jezelf te kijken. Wat klinkt mijn stem raar, wat kijk ik stom, ik lach nergens, ik ben niet ontspannen…De oordelen vliegen mezelf om de oren. Terecht? Nee natuurlijk niet. Vind ik het leuk? Nee, ik vind het niet leuk om naar mezelf te kijken. Ik hoop dat ik enthousiast genoeg ben en leerkrachten stimuleer een verteller in de klas te halen.
Verteller in de klas is een project van de Verhalencompagnie in Haastrecht. Ik mag daar een bijdrage aan leveren.
Lang geleden was ik lid van de
Mijn vader, Willem, was verwoed amateurfotograaf. Met oog voor detail en humor wist hij vaak mooie plaatjes te schieten. Inmiddels is het ruim een jaar geleden dat hij op 98 jarige leeftijd overleed, maar zijn blik en manier van de wereld beschouwen zitten ook in mij. Vaak denk ik als ik ergens loop ‘o, dat zou een mooie foto voor Willem zijn.’ Het zijn wel vaak de wat wrangere beelden die indruk maken en die mijn vader op de foto zou zetten.